Door: drs. ir. Pieter van der Brugge, jurist
Wie voor zijn bouw- of ruimtelijk plan een procedure wil opstarten, krijgt te maken met een wettelijke deadline vanwege de overgang naar de Omgevingswet. Een ontwerpbestemmingsplan moet ter inzage liggen vóór de inwerkingtreding, wil je de procedure nog onder de huidige wetgeving kunnen afronden. Dat is in veel gevallen wenselijk voor betrokkenen, omdat de nieuwe wet de nodige onzekerheden met zich brengt. Maar is het haalbaar? De omgevingsvergunning met de uitgebreide procedure is in veel (niet alle) gevallen een geschikt alternatief voor het bestemmingsplan. Daarvoor geldt een andere deadline: niet de ter inzagelegging van het ontwerp is bepalend, maar het moment van indienen van de aanvraag. Dat geeft al gauw twee maanden lucht om het ontwerp verder uit te werken. Deze procedure is echter niet minder tijdrovend en kostbaar dan het bestemmingsplan. Er is een sneller en goedkoper alternatief.
De gevallen van afwijken, beschreven in bijlage II, artikel 4 Besluit omgevingsrecht, bekend onder de naam kruimelgevallen, kunnen via de reguliere procedure vergund worden. Het elfde geval omvat alles wat tijdelijk (maximaal tien jaar) afwijkt en niet in de andere gevallen is genoemd. Op het eerste gezicht is het minder voor de hand liggend voor wie geen tijdelijke plannen heeft. De beoogde situatie hoeft echter niet tijdelijk bedoeld te zijn om van een tijdelijke omgevingsvergunning gebruik te maken. Je kunt ermee de periode overbruggen tot de gemeente de situatie permanent opneemt in een nieuw planologisch kader. De periode van tien jaar is ruim voldoende om de periode te overbruggen waarin de gemeente voor haar gehele gebied een omgevingsplan opgesteld moet hebben. Die eindigt op 1-1-2030. Enig uitstel van die datum is niet ondenkbaar, maar zal naar ik verwacht de één à twee jaar niet overschrijden. Vooral in het buitengebied, waar de overige kruimelgevallen minder toepasbaar zijn, is de tijdelijke vergunning een interessante optie.
Deze mogelijkheid kent, hoe kan het ook anders, enkele beperkingen. Om te beginnen draagt het vooruitlopen op een toekomstig besluit natuurlijk een zeker risico in zich. De gemeente kan vooraf geen garantie geven over het permanent legaliseren. Na gemeenteraadsverkiezingen kan er zomaar een andere wind gaan waaien. Mogelijk gelden er als gevolg van nieuwe regelgeving aanvullende eisen. Dan is er de uitleg van het begrip ‘tijdelijk’: het moet feitelijk mogelijk en aannemelijk zijn dat de activiteit zonder onomkeerbare gevolgen kan worden beëindigd. Een tijdelijke vergunning voor een flatgebouw van twintig verdiepingen ligt niet voor de hand, omdat het niet aannemelijk is dat zoiets na maximaal tien jaar alweer kan worden verwijderd. Projecten waarvoor een milieueffectrapportage (m.e.r.) of een m.e.r.-beoordeling verplicht is, komen niet voor de tijdelijke vergunning in aanmerking.
De zojuist genoemde uitleg van het begrip ‘tijdelijk’ vormt een vaste lijn in de jurisprudentie. Een breed scala aan bouwwerken doorstaat de toets van het ‘zonder onomkeerbare gevolgen kunnen verwijderen’. Toch is er geen 100% zekerheid. De ene rechter vindt dat een bouwwerk snel en gemakkelijk moet kunnen worden verwijderd en oordeelt dat een stenen constructie met funderingspalen daar niet aan voldoet; de ander ziet hierin geen probleemi. Een belangrijke uitspraak betreft een zonnepark van 22 hectare groot en een bouwsom van ruim 1,5 miljoen euro. Hiervan werd van te voren aangegeven dat het voor langer dan tien jaar bedoeld was. De in 2016 verleende tijdelijke vergunning is in hoger beroep in stand geblevenii. Inmiddels is het zonnepark in een bestemmingsplan mogelijk gemaakt. Overigens is de tijdelijke vergunning een belemmering voor verlening van SDE-subsidie.
De jurisprudentie ondersteunt de toepassing van de tijdelijke vergunning in situaties die vooruitlopen op een nieuw planologisch kader. In diverse situaties kunnen gemeentes met minder tijdsdruk binnen de deadline toestemming regelen, om over een aantal jaar de situatie mee te nemen met het opstellen van hun omgevingsplan. Drie dingen zijn daarbij van belang:
Wie een initiatief dat afwijkt van het bestemmingsplan nog onder de huidige wetgeving wil afhandelen, moet zeker overwegen of de tijdelijke omgevingsvergunning een optie is. Hiervoor geldt de relatief snelle en goedkope reguliere procedure. In diverse gevallen kan hiermee toestemming worden geregeld, ook voor niet tijdelijke bedoelde activiteiten. De gemeente kan de tijdelijke toestemming omzetten in een permanente bij het opstellen van het omgevingsplan. In deze drukke overgangsperiode naar de Omgevingswet kunnen gemeenten de tijdwinst goed gebruiken.
iRechtbank Zeeland-West-Brabant, 04-11-2020, ECLI:NL:RBZWB:2020:5545; Rechtbank Den Haag, 14-02-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:1022
iiRaad van State 04-04-2018 ECLI:NL:RVS:2018:1112
|